|
Het Nachtelijk Rijk 2
Tevergeefs zoek ik naar de morgenstond
Doet kond van lichtend helder gemoed
Minder zwart, dan nu, en minder zwaar
Maar intiem is deze nacht romance, gevaar!
Gevaar, van tijdzonen en tijdslimieten,
Het zwartgallig genieten, genoegdoening zoeken
In wat rest van het Nachtelijk Rijk;
Waar ik aanzie hoe mijn gestel bezwijkt
UItgetreden vind ik mijn ware aard, in mij:
" Zo waar ik, zo zal ik altijd zijn; zo is het goed! "
Fluisterd een innerlijke stem!
Maar niets is minder waar!
Verneem wat mijn tijdelijke dood mij heeft gebracht
Geen kracht, maar magie, zo zwart!
Macht, ik wilde macht, tot in den treuren!
Doods is mijn gemoed, nu, en voor altijd!
Terug in mijn lichaam, neem ik waar, dat nu ik weet,
Wat misleiding doet met de ziel; dat ik vrij zal zijn!
Ik ben vrij!
Heb mij lief, bemin mij, in vrijheid!
Het Nachtelijk Rijk, Het Eind, mijn liefde verstikt door
Lust, sadisme in mij geeft blijk van, het feit dat
Ik mij bewust werd, van wie ik ben
De kern;
Het Nachtelijk Rijk, keerzijde, van wat zou zijn!
Zal ik mijzelf, de essentie, bewustzijn, de bron van dood
En leven, de kern, omarmen;
En geef mijn laatste adem, aan Hem.
|