In je handen
wil ik wonen
nooit ontwaar ik er verdriet
in je lichaam
word ik vrijer
luchtledig lenig
slank langs je rug
vermoed ik het dolfijnenjong
verwekt door jouw magie
het kent de amplitude van de golf
de rimpels die ze meten in het zand
weet van de lijnen in mijn hand
nooit wil ik nog aan land.