|
Een kool werd de losbol gestoofd.
Ja, het leek wel of hij was beroofd.
Toen een postpakket kwam,
was het hek van de dam,
want de inhoud bestond uit een hoofd.
Hij was geenszins verheugd met dat pak,
vond de zending een zeer flauwe bak
en gevoelde zich kriegel.
Hij keek in de spiegel
en schrok: 't was z'n hoofd dat ontbrak.
Vertwijfeld begon-ie te beven.
De grap vond-ie zeer overdreven.
Hij pakte de kop
en die zette hij op.
Hij is altijd losbollig gebleven.
|