|
in al het groen ligt reeds het wit en geel verborgen en al het groen nu ook in hen (want wat vandaag al gisteren is is ook reeds morgen)
de hemel schuimt vol wolken, gloeit aan rand met zwaluwen die hun vlucht verzorgen zich niet bekommeren om een wilde wind doorkruisen zij het land
dat vers beplant zich vrolijk naar mij wendt alsof het ik ben die de wolken drijft - al is het waar: waar alles wisselt, eindigt de lente over elk ontluikend veld en blijft
daarover:het één na ’t ander, onbereikt bloeit en verrot uiteindelijk dit groen altijd de één de andere als pand verbindt hen de terugkeer in dit land
zelfs ik leg mij ooit in de aarde neer - en niemand volgt die mij gelijkt.
sunset 13-03-2009
|