|
vanaf twijgen druppelt ‘t eerste licht in de ochtend
brengt wind nieuwe namen voor de dingen
die wij ooit anders noemden: die stomme hoek
die twee muren vormen wanneer zij zich
in je rug ontmoeten om tot zwijgen te besluiten
wanneer jij weifelt tussen terugkomen en gaan
nestelen stemmen zich eindeloos delend
sidderen voor de beving diep in je mond
en deuren vallen uit sponningen, sluiten oorden af
die in ’t duister liggend (of misschien wel verlicht)
onzichtbaar op antwoord wachten; groene of blauwe
ogen bij ’t ontwaken ruiken lijm en het behang
en de te veel verloren tijd in vloerbekleding
de koffie en het oud vuil
vanaf ’t balkon zie je het park en minder
de luchtbeweging in de diepte; hoor je de vogels
met als toeslag de klank van klokken om twaalf
en voorbij denderende treinen, sporend in ’t landschap
met stenen in je zakken – al die dingen die,
tot je ze kan bevatten, je niet bewust bent, te veel zijn
net als jij jezelf leg je nog een plaid om je schouders
omdat het je plots koud om het hart wordt.
sunset 07-12-2010
|