met liefelijke woorden heb ik
de lettertempel van mijn hart getooid
tot wachters stelde ik giganten
en leeuwen en boven de ijlte
van uw grote ziel bouwde ik
de gewelven van trots
honderden poëten vullen
de tempel en spreken de wartaal
van mijn onrust en duizenden
gedichten in verwaaierde levenslust
gedragen in teken van licht
in gedaante van vluchtigheid
geplet in naakte vormen
van het goddelijke
in gestalte van dromen
waarin de waarheid niet verloren gaat