|
Droge witte velden,
met getande irissen en uitgedoofde pupillen,
een gerafelde blik van bestrafte ogen,
met diepe kringen van gitzwart.
Bron van verslaafde ellende was ik maar je
enigste, met je rok, je jumpertje en je tieten
de kast in.
Heroïne of zo, dat verbaast mij
niets, acteren is je enige kans op deze
blije wereld.
Ik kuiste mijn vervloekingen voor
een speling van het lot,
de schok van haar streling,
en klaarkomen
als een genadeschot.
|