de klap van de deur
ogen dicht zodat stilte
klonk zonder echo van vloeken
wat er bleef
behalve stapels schuld
en verstopte leidingen
een jongen van acht
die ongevraagd naar buiten zeulde
zakken vol verdriet
elk weekend als verdwaasde japanners
op toeristische trektocht
omdat er meer was
geen tijd voor gemis
regisseur van hun leven
alle spiegels buiten