|
Zij tikt me aan en zegt dat de wind gedraaid
koelte brengt van zee en de overkant, voordat
de drang om weg te vliegen te groot wordt.
Het water lokt met nieuwe verten, zoveel
nog te ontdekken en het goede te behouden
Hier speelt de muziek en wees niet bang
om te blijven, te stranden in het zand.
Op een morgen gaat met steun van het land
het schip, voorplecht gericht op de oceaan
gedragen door het zoute water, voortgejaagd
met strakke witte zeilen, helmstok vastgezet.
Er wachten planten, dieren en mineralen
zij hebben zich in een mens vastgezet
verlangen naar nieuwe wegen en talen.
|