De geur van slaap hangt nog in de kamer.
Wij ontwaken, maar houden ons stil,
want wie wakker is, moet opstaan,
moet licht aan, gordijn open,
brood smeren, kleren aan,
- hoe kun je leven in warmte en licht,
bewegen en zien, als het donkert in jou? -
moet kou ademen om het gat te dichten,
met wijdopen ogen beseffen wat was,
en wat is - niet meer is - niet meer wordt
- nooit zal zijn.