|
ik zoek een korst die zich nog niet
aan de aarde onttrokken heeft
en waar de nacht nog een meisje is
dat land mag mij noodlottig worden
ik zal daar mijn handen begraven
en tanden in de grafsteen kerven
ik ben een kloof en een afgrond
van verontrusting schreeuwen
wanneer de diepte me een woord
baart dan hangt het om mijn nek
als vonnis en schuldbekentenis
mijn hart slaat de onrustige slag
van een kreupele houtduif
die een plek zoekt om te sterven
ik vrees dat er voorbij de leegte
geen lied van genezing wacht
|
Reactie geven op dit gedicht? Klik hier !
|
De gedichten die ingezonden zijn op de website van de lettertempel en e.v.t. toekomst projecten die gekoppeld zijn aan de lettertempel blijven ten alle tijden eigendom van de feitelijke auteur van het gedicht. Zonder toestemming van de feitelijk auteur mogen de gedichten niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen op deze site en indien hier toestemming voor gegeven is door de feitelijke auteur het uitgeven van de gedichten door lettertempel zelf. Mocht er sprake zijn van misbruik van de content en de gedichten die gepubliceerd zijn op deze site door wat dan ook dan zullen er hoe dan ook (in samenspraak met de auteur) stappen worden ondernomen.
|